Redelijkheid in de rechtszaal bij uitspraak over bekostiging

6 maart 2023
Deze uitspraak van de Raad van State d.d. 1 maart 2023 over bekostiging laat op een mooie manier zien dat de bestuursrechter soms ook de redelijkheid laat meewegen. Een bestuur dat te laat een subsidie had aangevraagd, krijgt van de rechter toch de helft ervan toegekend op grond van de belangenafweging.

Op 14 december 2020 doet SKPO, een stichting voor primair onderwijs in Eindhoven, twee aanvragen bij de minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs ter bijzondere bekostiging van leerlingen van één van de scholen, die rechtstreeks uit het buitenland komen.

Het betreft een aanvraag op grond van de ‘Definitieve Regeling bekostiging personeel PO 2019–2020 en vaststelling bedragen voor ondersteuning van leerlingen in het PO en VO 2019–2020.’ Volgens deze regeling moet een dergelijke aanvraag binnen acht weken na de peildatum van 1 mei 2020 worden gedaan, zodat SKPO deze aanvraag uiterlijk op 26 juni 2020 had moeten indienen. Aldus is SKPO te laat met het indienen van de aanvragen.

Als reden voor de termijnoverschrijding heeft SKPO aangevoerd dat het personeel met de benodigde kennis en ervaring door ziekte waren uitgevallen. Bovendien viel de aanvraagtermijn samen met het begin van de coronacrisis, zodat SKPO haar aandacht had gericht op het opstarten van hybride onderwijs.

Termijnoverschrijding

De minister heeft de aanvragen wegens termijnoverschrijding afgewezen. Volgens de rechtbank terecht: de minister hoefde in de aangedragen omstandigheden geen aanleiding te zien de aanvragen alsnog in behandeling te nemen. Van een organisatie zoals SKPO mag worden verwacht dat bij uitval door ziekte, terugkerende aanvragen door overige medewerkers tijdig worden gedaan. Ook in hoger beroep komt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State tot de conclusie dat er geen sprake is van een verschoonbare termijnoverschrijding.

Evenredigheid

Echter voert SKPO in hoger beroep aan dat sprake is van een schending van het evenredigheidsbeginsel, waardoor SKPO ernstig wordt benadeeld. De gevolgen van de termijnoverschrijding had de minister niet voor de rekening van SKPO moeten laten. Zij voert daartoe aan dat (1) het onderwijs waarvoor bekostiging is gevraagd ook reeds is verzorgd en (2) dat de minister in zijn begroting toch al rekening had gehouden met betalingen voor SKPO. Het argument van de minister dat uitvoerbaarheid van de rijksbegroting zwaarder weegt dan de belangen van SKPO, moet daarom worden verworpen.

De Afdeling gaat hier in mee. Volgens de Afdeling is door de minister niet weersproken dat in de rijksbegroting al rekening is gehouden met bekostiging van de aanvragen van SKPO en zal het doorschuiven van het bedrag in kwestie op zichzelf geen grote problemen oplevering voor het volgende begrotingsjaar. Omdat SKPO wel een verwijt kan worden gemaakt voor het te laat indienen van de aanvragen, bepaalt de Afdeling dat de minister alsnog 50% van de door SKPO aangevraagde bekostiging moet toekennen.

Mr. drs. J. (Jaco) van den Brink
Onderwijsadvocaat
Stel een vraag
Overzicht nieuws

Gerelateerd

18 juli 2024

Profielorganisaties feliciteren beëdigde bewindslieden

Lees verder
18 juli 2024

Inspectie: wijzigingen onderzoekskaders en versterking stimulerend toezicht

Per 1 augustus 2024 worden de Onderzoekskaders van de onderwijsinspectie weer geactualiseerd. De belangrijkste inhoudelijke aanpassingen worden in dit nieuwsbericht benoemd. Daarnaast wil de minister en de inspectie meer aandacht geven aan het stimulerend toezicht op de onderwijskwaliteit. Dat leidt tot aanpassingen aan de werkwijze van de inspectie.

Lees verder