Raad van State kritisch over gerichte bekostiging

31 oktober 2025

De Raad van State publiceerde op 20 oktober 2025 het advies over het Wetsvoorstel gerichte bekostiging. Met dit voorstel beoogt de regering een nieuwe mogelijkheid in de wet te creëren om – deels in plaats van de vrij besteedbare lumpsum – structureel bepaalde bekostigingsstromen te koppelen aan bestedingsdoelen. Of ook aan andere verplichtingen. Bijvoorbeeld voor de basisvaardigheden taal en rekenen. Waarbij de bekostiging kan worden teruggevorderd wanneer aan de verplichtingen niet is voldaan.

Door de profielorganisaties (mede door/namens VBSO en VGS) is destijds een kritische consultatie-inbreng ingediend. Daarin wordt benadrukt dat de school en het schoolbestuur een pedagogische éénheid is, wat pleit voor een éénduidige en structurele lumpsumbekostiging.

De Raad van State wijst erop dat hiermee een element van centrale overheidssturing in het stelsel wordt geïntroduceerd, terwijl het stelsel geënt is op de verantwoordelijkheid van schoolbesturen om de middelen zo te besteden als dienstbaar is aan goed onderwijs in de context van hún organisatie.

Het wetsvoorstel loopt daarmee in feite vooruit op het antwoord op de vraag: moet dit stelsel plaatsmaken voor een stelsel van centrale sturing? De Raad van State overweegt hierover:

Bij een stelselwijziging is van belang dat deze expliciet en weloverwogen plaatsvindt. Die moet vanwege het uitgangspunt van proportionaliteit gebaseerd zijn op een gedegen probleemanalyse, voor zover mogelijk op basis van empirische gegevens. De regering heeft echter niet aannemelijk gemaakt dat meer centrale sturing leidt tot een duurzame verbetering van het onderwijs. De Afdeling adviseert de regering daarom het wetsvoorstel nader te bezien in het licht van de bredere discussie over de wenselijke inrichting van het stelsel.

Waarvan akte.

Ondertussen is van belang dat het onderwijsveld zich rekenschap geeft van het afgenomen vertrouwen dat er in de politiek leeft. Het is goed om te kijken naar manieren voor schoolbesturen, met de ‘school-gemeenschap’, om zo concreet mogelijk te laten zien dat de verantwoordelijkheid voor de besteding van de middelen, en de sturing van het onderwijs ook inderdaad het beste bij het bestuur kan blijven liggen.

Mr. drs. J. (Jaco) van den Brink
Onderwijsadvocaat
Stel een vraag
Overzicht nieuws

Gerelateerd

31 oktober 2025

Onderwijsraad vernietigend over toezicht informeel onderwijs

Lees verder
30 oktober 2025

Toekomst onderwijsvrijheid ongewis

De verkiezingsuitslag toont met vijf partijen rond de 20 zetels de enorme verdeeldheid in Nederland. D66, PVV, VVD, GroenLinks-PvdA en het CDA verschillen ook in hun onderwijsvisie. Waar dat op zal uitlopen in de formatie– en wat dat betekent voor de vrijheid van onderwijs - is nog onduidelijk.

Lees verder